PO-Raad: streven naar één doorstroomtoets vóór 2030
De PO-Raad reageert positief op het voornemen van demissionair staatssecretaris Koen Becking om toe te werken naar één landelijke doorstroomtoets. Volgens de Raad duurt het huidige tijdpad echter te lang: Becking noemt 2030 als doeljaar, terwijl de sector liever al vanaf 2027 overstapt. De organisatie vindt dat voortgaan met meerdere toetsen onduidelijkheid veroorzaakt voor leerlingen en scholen.
Momenteel bestaan er zes verschillende doorstroomtoetsen, die in 2024 voor het eerst zijn afgenomen. Uit analyses van de PO-Raad blijkt dat deze variatie tot verschillende conclusies kan leiden over het juiste onderwijsniveau van leerlingen. De Raad ziet dit als onwenselijk en wijst op het risico van ongelijke kansen. Ook blijkt uit onderzoek dat bepaalde groepen, zoals meisjes en leerlingen met taal- of leerachterstanden, mogelijk benadeeld worden door de huidige timing van selectie rond de leeftijd van twaalf jaar. Volgens de PO-Raad is het daarom belangrijk om later te selecteren.
De Tweede Kamer nam eerder een motie aan om te verkennen wat er nodig is voor één toets. De PO-Raad hoopt dat een volgend kabinet dit punt versneld oppakt. Daarnaast plaatst de organisatie vraagtekens bij de huidige koppeling tussen toetsresultaten en oordelen van de onderwijsinspectie. Becking kondigt een pilot aan waarin de invloed van toetsresultaten op het oordeel over scholen wordt verminderd. De sector is nauw bij de uitwerking van deze pilot betrokken. De PO-Raad benadrukt dat het doel altijd moet zijn om de beste kansen te bieden aan iedere leerling.
